In de praktijk moet iedere situatie op zich onderzocht worden om aanwijzingen te hebben voor de meest relevante interventie. Modellering (en dan vooral het kalibratieproces) biedt niet altijd oplossingen en is dikwijls een tijdrovend en kostelijk proces. Soms zijn het specifieke problemen die pas bij een plaatsbezoek naar voor komen en aandacht vereisen.
In eerste instantie moet men kijken naar het opsporen van akoestische lekken, langs waar geluid zich van de ene ruimte naar de andere kan voortplanten. Alhoewel deze lekken soms klein lijken, hebben ze weldegelijk een grote impact op de geluidsisolerende prestaties. In veel gevallen is remediëren mogelijk, al moet dit met de nodige aandacht en expertise gebeuren. Een aantal voorbeelden hiervan zijn hieronder weergegeven. Het kan hierbij onder andere gaan over akoestisch slecht afgestopte doorvoeren van (water)leidingen, stopcontacten (aan beide zijden van de muur op dezelfde locatie geplaatst), slecht aansluitende of verouderde rubberen strips rond deuren, akoestisch slecht presterende omkasting van ramen en hun aansluiting naar naburige kamers. Om dit te verhelpen zijn soms kleine ingrepen mogelijk (zoals periodieke vervanging en goed laten aansluiten van de rubberen strips rond deuren, of het afdichten van de akoestische lekken zoals de beschreven doorvoeren).
Akoestisch lek via de doorvoer van de centrale verwarming |
Slecht afdichtende rubbers in deur- en raamkozijnen |
Omkasting van de ramen met ontoereikende afdichting |
Openingen in de wand voor stopcontacten, waarlangs luchtgeluid zich kan voortplanten. (De stopcontacten in de andere kamer werden op dezelfde locatie geplaatst.) |
In nog andere gevallen worden tekorten blootgelegd van de ruwbouw, die echter grotere structurele ingrepen vereisen en bijgevolg dikwijls niet meer haalbaar zijn achteraf. Een goede akoestische voorstudie voor nieuwbouwprojecten is dan ook essentieel in het bereiken van een goed akoestisch comfort. Een goede expertise van de bouwpartner op dit vlak is hierbij aan te bevelen. In een nieuwbouwfase kan ook een goede indeling van de ruimten tot stand komen, waarbij technische ruimten die veel stoorgeluiden opwekken een wel doordachte plaats krijgen om de bewoners niet of zo min mogelijk te verstoren.
Bij plaatsbezoeken aan de WZC werd ook opgemerkt dat de verdeelkarren (van o.a. voedsel) dikwijls een ‘denderend’ geluid kunnen maken bij het rollen over de naden van vloertegels (contactgeluid). Bij een keuze van andere vloerbedekkingen of het toepassen van een gepaste structurele ontkoppeling tussen vloeren (en wanden) kan dit potentieel probleem direct bij de bron vermeden worden. Dit zijn aanpakken die uiteraard te verkiezen zijn boven remediëring achteraf. Een mogelijke remediëring is het voorzien van gedempte wielen op deze karren. Het installeren van een ‘zwevende’ vloer die op de bestaande vloer gelegd wordt is eveneens mogelijk, al is dit al een grotere ingreep.
Buiten geluidsisolerende maatregelen die bij een dergelijk bezoek aan het licht kunnen komen, kunnen ook interventies noodzakelijk blijken om de nagalmtijd (akoestiek) van een ruimte zelf aan te pakken. In een grote kale ruimte, met harde wanden, (tegel) vloer en plafond, kan absorptie nodig zijn. Eenvoudige ingrepen behelzen het gebruik van absorberende materialen, zoals bijvoorbeeld absorberende gordijnen, tapijt, ‘zacht’ meubilair (al is hygiëne in de context van een WZC hier zeker een aandachtspunt). Meer effect kan verwacht worden van akoestische wand- en plafondpanelen. Deze kunnen achteraf geïnstalleerd worden, al geniet een doordacht ontwerp op voorhand de voorkeur.
Het spreekt voor zich dat ook op organisatorisch vlak veel te bereiken is. Globaal start dit allemaal met een goede bewustwording van de invloed van geluid op zowel de bewoners van het WZC, alsook de personeelsleden. Gebruikers erop wijzen om bijvoorbeeld een deur zachtjes dicht te doen of rustig te praten kan zeker helpen. Ook een visualisatie van het lawaai (geluidsniveau) is mogelijk.